Dat zijn toch allemaal herders, die reddingshondenwerk doen?

Een vraag die regelmatig gesteld wordt. Ja, zeker werken er ook herders in alle soorten en maten. binnen Reddingshonden Team Zeeland. Maar niet alleen herders! Daarnaast werken er allerlei andere rassen en kruisingen die allemaal fantastische prestaties leveren.  

Indy, eén van de herders, deed afgelopen week basisexamen met haar geleider. Indy is een Toy Australian Shepherd. De hoogte van deze hondjes bevindt zich tussen 23 en 36 cm, het gewicht is maximaal 6 kilo. Deze herdersoort (!) komt u niet vaak tegen in de reddingshondenwereld. Indy is bedachtzaam in haar aanpak, maar vindt net zo goed als grotere herders vermiste personen en meldt dat aan haar baas. Ze is klein van stuk maar groot in haar daden. We zijn er trots op dat ze deze week haar eerste certificaat heeft gehaald.

Ook Mellow deed examen, een jonge, onstuimige en passievolle labrador reu van vijftien maanden. Deze hond kwam op een leeftijd van acht maanden bij de huidige eigenaar terecht, een teamlid van Reddingshonden Team Zeeland. Zij heeft Mellow toen alsnog veel huis- tuin en keukenbasisvaardigheden aan moeten leren en dat alles zonder zijn werklust te temperen. Het reddingshondenwerk heeft Mellow met verve opgepakt met één van de andere leden binnen het team en met succes. Ook Mellow is deze week geslaagd voor het Basisexamen Reddingshond.

Rumi, een Australian Cobber teefje van acht maanden, deed ook examen. Zij is als jong pupje binnen het team aan het werk gegaan. Ook haar eigenaar is actief binnen het team, maar Rumi wordt opgeleid door een ander teamlid. Ze is pittig, vol energie en passie en net als Mellow flexibel genoeg om te werken met een geleider waar ze niet mee leeft. Ook Rumi heeft enthousiast haar certificaat behaald.

Het was dus een vruchtbare week voor Reddingshonden Team Zeeland! Ondanks dat ze sterk variëren in ras, uiterlijk, hoogte, vacht, geslacht, levensstart en leeftijd, achtergronden en leefomstandigheden doen alle drie deze geslaagde honden wat er van hen verwacht wordt, en met veel plezier. Ze vinden de vermiste persoon en melden alle drie, op een andere manier, aan hun geleiders dat ze gevonden hebben en waar de vermiste persoon zich precies bevindt. (Blaffen met opspringen – opspringen – bringselen) 

Wat geweldig dat deze geleiders zich nu verder gaan bekwamen om de vaardigheden van “hun” hond en zichzelf te verfijnen. Zij zorgen ervoor dat ze over niet al te lange tijd mee kunnen met de andere inzetbare teams tijdens vermissingen.